Facings van wit vulmateriaal.

Eerst bepaald de tandarts de kleur van je tanden en dan de kleur die je tanden moeten worden. Hiertoe staan diverse kleuren materiaal ter beschikking, die naar wens kunnen worden gemengd. Zo is het mogelijk om het eindresultaat optimaal aan te passen aan de rest van de tanden. Op de plaats waar de facing moet worden aangebracht, wordt, indien nodig, een heel dun laagje van de tand weggeslepen. Dit moet worden gedaan in geval dat de tand dikker zou worden door het aanbrengen van een facing, wat achteraf als hinderlijk kan worden ervaren. De plek wordt vervolgens met zuur behandeld, voor een betere hechting, waarna de composiet in de gewenste kleur in twee lagen wordt aangebracht. De tandarts 'boetseert' dit eerst globaal in de juiste vorm, waarna het materiaal wordt uitgehard met blauw licht. Hierna wordt het oppervlak geslepen en gepolijst, zolang tot de gewenste vorm is bereikt.

Facings van porselein.

Ook wanneer is gekozen voor een facing van porselein, wordt begonnen met de bepaling van de gewenste kleur. Vervolgens wordt een dun laagje van de tand weggeslepen. Daarna maakt de tandarts een afdruk van de tand en stuurt deze samen met de informatie over de gewenste kleur naar het tandtechnisch laboratorium. Daar wordt op basis van de mal en de kleurinformatie de facing gemaakt. Het aanbrengen van een porseleinen facing verloopt dan ook altijd in twee behandelingen, dit in tegenstelling tot het aanbrengen van een facing van composiet.